Mgr. Athanasius Schneider ORC (Astana, Kazachstan)
Verkorte versie van een voordracht
Aanbidding in Geest en Waarheid
Vanaf de apostolische tijd tot aan vandaag de dag is onze de Moeder de Heilige Kerk met grote zorg erop bedacht aan God een dusdanige cultische verering te doen toekomen die Zijn grote
Heiligheid waardig is. Daarom bidt de Kerk tot
God de Vader door Jezus Christus in de Heilige
Geest, zoals men in de woorden van Jezus tot de
Samaritaanse vrouw kan zien: “God is geest, en
wie Hem aanbidden, moeten in Geest en Waarheid
aanbidden”. Alleen in de Heilige Geest kan
men Jezus waarlijk als de Heer, dat is als God,
aanbidden. Daarom zegt de heilige Paulus: “Niemand
kan zeggen 'Jezus is de Heer', dan alleen
door de Heilige Geest”. De eerste bede in het
Gebed des Heren luidt: “Uw Naam worde geheiligd”. Dus, wanneer iemand God “in Geest en
waarheid” wil aanbidden, moet hij zich ervan bewust
zijn dat God de Allerheiligste is en dat de
biddende daarom ook in zijn uitwendige houding
eerbiedig moet zijn.
In zijn hogepriesterlijk gebed spreekt Jezus tot
zijn Vader met de woorden “Heilige Vader”. En
Hij bidt tot de Vader “verheerlijk uw Zoon, opdat
uw Zoon U verheerlijke”. Onze Heer Jezus
Christus is de ware aanbidder van de Vader. Zijn
woorden en Zijn voorbeeld zijn de eigenlijke
basis voor het juiste begrip van de hervorming
van de liturgie. De Kerk van de Apostelen en de
Vaders van de eerste eeuwen heeft de ware geest
van de liturgie, zoals zij door onze Goddelijke
Meester Jezus Christus verwerkelijkt werd, getrouw
ontvangen en in de daad omgezet. De Kerk
moet haar liturgische praxis altijd aan de geest en
aan de norm van de Heilige Kerkvaders meten, in
het bijzonder in perioden van liturgische crisis.
Niemand kan in aller ernst ontkennen dat de Kerk
in onze tijd een diepe crisis van de liturgie doormaakt,
die in het bijzonder het geheim van de
heilige Eucharistie treft.
Lees verder (pdf)